Bewoners van het eerste uur van kasteel Nederhemert, de familie van Hemert
Het kasteel Nederhemert werd zes en een halve eeuw bewoond door verschillende adelijke families en de geschiedenis hiervan gaat terug tot circa 1300, in eerst instantie werd alleen de rechthoekige woontoren gebouwd, de bouw van deze rechthoekige woontoren in het zuidoostelijke deel van het kasteel is waarschijnlijk al voor het jaar 1300 geweest.
De bouwgeschiedenis is er een van langzame uitbreiding met zijvleugels en toevoeging van drie torens. Door de gestage groei werd Nederhemert een van de grotere middeleeuwse kastelen van ons land. Gedurende zes eeuwen ontwikkelde Nederhemert zich van een verdedigbare woontoren tot een veelhoekig bewoond complex.
In het oudste gedeelte van de rechthoekige woontoren uit 1300 bevindt zich de kelderverdieping, deze had daarboven twee verdiepingen die onderling waren verbonden door muurtrappen.
De ingang bevond zich aan de tegenwoordige achterkant van het gebouw.
Tijdens het tweede kwart van de 14de eeuw werd een binnenplaats ommuurd met de genoemde woontoren op de zuidoosthoek, een rechthoekige toren op de noordoosthoek en een ronde toren op de noordwesthoek gebouwd. Omstreeks het jaar 1350 verrees een zaalbouw tussen woontoren en de noordelijke vleugel en kreeg de ronde toren zijn huidige omvang.
In de 15de eeuw verrees op de zuidwesthoek van het plein een zeshoekige toren. De bebouwing op het binnenplein werd aan het begin van de 19de eeuw gewijzigd.
Deze bebouwing met zuidvleugel en zeshoekige toren is in 1945 verloren gegaan en is tijdens de restauratie niet herbouwd.
Van het resterende L-vormige complex is het muurwerk overeind gebleven, met uitzondering van de 16de-eeuwse traptoren die in 1966 vrijwel geheel instortte.
Daarop werd het hoofdgebouw voorzien van een nooddak en van muurverankeringen.
Onduidelijk is wie de eerste bewoner van de genoemde woontoren is geweest, in mijn aanname ben ik uitgegaan van Gijsberth de Cock van Hemert als eerste bewoner (is vermeld in het Orrkondeboek van Holland en Zeeland III: “Giselberti Coci, militus de Hemerte” datum 27 maart 1250). De familie de Cock bezat in die tijd ook een aantal andere heerlijkheden en kastelen in het rivierenland zoals Kasteel Delwijnen en Neerrijnen.
Gijsberth de Cock van Hemert
Giselbertus Giselberti Coci, militis De Hemerte
- Geboren mogelijkerwijze in 1232
- Overleden 24 juni 1274
- Heer van Hemert
- Ridder
Gijsbert de Cock van Hemert wordt al in 1250 “Heer van Hemert” genoemt. Onduidelijk is of het kasteel toen al in aanbouw was. Gijsbert de Cock trouwde met een van Tolloysen, zij kregen een zoon Johannes de Cocq van Hemert, overleden in 1346, De Cock of De Cocq is een oude adellijke familie die vanuit Frankrijk naar Gelre kwam. De oorspronkelijke familie is ” Rudolphus de Chatillon de Cocq “.
Ouders van IJsbrand van Hemert : Gijselbertus de Cocq van Neerijnen en M de Mailly de l’Orsignol
IJsbrand van Hemert geb. ca 1280 wordt in 1294 “Heer van Hemert” genoemd en is dan eigenaar van de heerlijkheid Hemert. Hij heeft een dochter Ida die later als erfgenaam het bezit van de heerlijkheid Nederhemert erft, deze informatie spreekt zich in de verschillende bronnen nogal tegen en is dus niet betrouwbaar, met name worden Gijsberth de Cocq van Nederhemert en Giselbertus de Cock van Neerrijnen nogal eens door elkaar gehaald waardoor het de vraag is van wie Johan van Hemert nu de zoon was, zelf ben ik van het scenario uitgegaan dat Johan een zoon was van Gijsberth de Cocq van Nederhemert.
(Johan de Cock de Cocq van Hemert)
- Geboren in 1260
- Overleden in 1346
- Heer van Hemert in 1310
- Ridder
Johan van Hemert trouwt met Liedewij Bouwensd Claes geboren in 1270.
In 1318 kwam het huis in bezit van Willem de Cock die trouwde met Ida van Hemert de dochter van IJsbrand van Hemert en zich van Hemert liet noemen. (Bron Gelders Archief)
Arnoldus van Hemert
- Geboren in 1285
- Overleden circa 1350
- Heer van Hemert
In 1332 draagt Arnold van Hemert de zoon van Johan van Hemert het kasteel op aan de Hertog van Gelre.
Op 1 januari 1332 beloofde Arnold van Hemert de burcht voor Reinout te zullen bewaren en aan hem over te geven. Daarop beleende Reinout in 1361 ,,Peter van Hemert ridder, met die borch en dat huys tot Hemart mitten voorburcht vesten en graven ten Zutphensche recht.
Conclusie:
Omdat de verschillende bronnen tot aan Peter van Hemert zich nog weleens tegenspreken is het niet met zekerheid te zeggen wie de eerste bewoners waren van het kasteel. De informatie vanuit de verschillende bronnen en mijn eigen stamboom heb ik hiervoor als richtlijn genomen.
In het volgende overzicht heb ik aangegeven de vermoedelijke stamboom vanaf Gijsberth de Cocq van Hemert tot aan Peter van Hemert, vanaf Peter van Hemert is de informatie betrouwbaarder mede dankzij het Gelders archief.